Als er te weinig schildhormoon in je bloed is, heet dat hypothyreoïdie. Hypothyreoïdie kan komen doordat de schildklier te weinig hormoon (T4 en/of T3) maakt, de hypofyse te weinig hormoon (TSH) maakt of dat iemand te weinig schildklierhormoon slikt. In Nederland komt de aandoening meestal door antistoffen. De ziekte kan ook ontstaan door de behandeling van een andere (schildklier)aandoening. Soms is hypothyreoïdie aangeboren.
Klachten
Veel klachten komen ook voor bij andere aandoeningen. Dit maakt het moeilijk een diagnose te stellen op basis van de klachten. Als meer klachten aanwezig zijn, is er wellicht sprake van een schildklieraandoening. Alleen een bloedonderzoek geeft aan of de schildklier de oorzaak is van deze klachten.Behandeling
Hypothyreoïdie wordt meestal behandeld met levothyroxine (Thyrax, Euthyrox of Eltroxin), af en toe met levothyroxine + liothyronine (Cytomel) en heel soms met dierlijk schildklierpoeder.Overzicht
Hieronder staat een uitgebreid overzicht van soorten hypothyreoïdie. Meestal is het de ziekte van Hashimoto. Minder vaak ontstaat hypothyreoïdie door de ziekte van Graves of door schildklierkanker.Primaire hypothyreoïdie
Ziekte of thyreoïditis van Hashimoto
Het percentage (%) geeft aan hoeveel patiënten bij de diagnose van de ziekte van Hashimoto welke antistoffen hebben.
TSH-receptor antistoffen dragen bij aan het ziekteproces. TPO- en Tg-antistoffen dragen niet bij aan het ziekteproces, maar lijken verband te houden met hoeveelheid schade aan de schildklier.
Thyreoïditis wil zeggen dat het gaat om een ontsteking van de schildklier. Het ontstekingsproces verloopt vaak heel traag. Bij deze schildklierontsteking gaan de cellen kapot, waardoor schildklierhormoon in het bloed lekt. Hierdoor kunnen klachten ontstaan van te veel schildklierhormoon zoals bij hyperthyreoïdie. In het begin van de ziekte is vaak niet duidelijk dat het om de schildklier gaat. De verschijnselen kunnen ook bij andere aandoeningen horen.
Veel patiënten hebben een struma (= vergroting van de schildklier). Een struma kan groot of klein zijn. Het voelt aan als een vaste harde plek. Meestal is zo’n struma pijnloos, soms wat gevoelig. Door deze ziekte verschrompelt de schildklier. Dit noem je atrofie.
Een behandeling met radioactief jodium wordt ook wel gegeven bij een struma zonder dat de schildklier te hard werkt, maar om de hinderlijke zwelling kleiner te maken. Na behandeling met radioactief jodium en/of schildklierremmers ontstaat vaak hypothyreoïdie. De patiënt moet dan schildklierhormoon slikken.
Typische klachten/symptomen zijn:
Bij een post-partum thyreoïditis is er eerst een hyperthyreoïdie. Daarna ontstaat een hypothyreoïdie. Na enige tijd kan de schildklier weer normaal gaan werken. In de loop van de jaren krijgen veel vrouwen toch een blijvende hypothyreoïdie.
Er zijn twee vormen:
De oorzaak kan zijn:
TSH-receptor antistoffen dragen bij aan het ziekteproces. TPO- en Tg-antistoffen dragen niet bij aan het ziekteproces, maar lijken verband te houden met hoeveelheid schade aan de schildklier.
Thyreoïditis wil zeggen dat het gaat om een ontsteking van de schildklier. Het ontstekingsproces verloopt vaak heel traag. Bij deze schildklierontsteking gaan de cellen kapot, waardoor schildklierhormoon in het bloed lekt. Hierdoor kunnen klachten ontstaan van te veel schildklierhormoon zoals bij hyperthyreoïdie. In het begin van de ziekte is vaak niet duidelijk dat het om de schildklier gaat. De verschijnselen kunnen ook bij andere aandoeningen horen.
Veel patiënten hebben een struma (= vergroting van de schildklier). Een struma kan groot of klein zijn. Het voelt aan als een vaste harde plek. Meestal is zo’n struma pijnloos, soms wat gevoelig. Door deze ziekte verschrompelt de schildklier. Dit noem je atrofie.
Na (gedeeltelijke) verwijdering van de schildklier
Een operatie om de schildklier te verwijderen, kan nodig zijn bij een groot struma, een nodus of bij schildklierkanker. Zo'n operatie heet ook wel strumectomie of thyreoïdectomie. Na zo’n operatie is er geen schildklier meer om hormoon te maken. Dat heet ook hypothyreoïdie.Na behandeling met radioactief jodium en/of medicijnen
Als de schildklier te veel hormoon maakt (hyperthyreoïdie) vindt er vaak behandeling plaats met radioactief jodium en/of schildklierremmers. Bij hyperthyreoïdie kan het gaan om de ziekte van Graves of het multinodulair toxisch struma (ziekte van Plummer).Een behandeling met radioactief jodium wordt ook wel gegeven bij een struma zonder dat de schildklier te hard werkt, maar om de hinderlijke zwelling kleiner te maken. Na behandeling met radioactief jodium en/of schildklierremmers ontstaat vaak hypothyreoïdie. De patiënt moet dan schildklierhormoon slikken.
Na bestraling voor andere aandoeningen dan de schildklier
Soms ontstaat er hypothyreoïdie als de patiënt in het halsgebied is bestraald voor een andere aandoening dan van de schildklier.Na subacute virale thyreoïditis of ziekte van De Quervain
De ziekte van De Quervain is een niet-chronische ontsteking van de schildklier. De waarschijnlijke oorzaak is een virus. De ziekte ontstaat vaak na een keelontsteking.Typische klachten/symptomen zijn:
- een gezwollen en pijnlijke schildklier
- pijn die uitstraalt naar de kaakhoeken en/of naar één of beide oren
- koorts
- pijn bij slikken
- een verhoogde bloedbezinking (BSE)
Stille of pijnloze thyreoïditis
Deze ziekte lijkt op de ziekte van Quervain. Vaak is er eerst sprake van hyperthyreoïdie gevolgd door hypothyreoïdie. Daarna is er vaak herstel. De naam zegt het al: bij deze vorm van thyreoïditis is er geen pijn. Uit onderzoek blijkt dat het gaat om een variant van de ziekte van Hashimoto. Bij de ziekte van Hashimoto is de bloedbezinking (BSE) niet verhoogd. Bij stille thyreoïditis is die juist wat verhoogd. Vaak zie je deze aandoening na een bevalling. Je noemt dit een post-partum thyreoïditis.Bij een post-partum thyreoïditis is er eerst een hyperthyreoïdie. Daarna ontstaat een hypothyreoïdie. Na enige tijd kan de schildklier weer normaal gaan werken. In de loop van de jaren krijgen veel vrouwen toch een blijvende hypothyreoïdie.
Voorbijgaande hypothyreoïdie
Het gebeurt wel dat een hypothyreoïdie tijdelijk is. De schildklier gaat daarna weer normaal aan het werk. Je ziet dit wel na een operatie als een deel van de schildklier verwijderd is. Na een zwangerschap treedt er wel eens een schildklierontsteking (stille thyreoïditis) op. Dat gaat soms gepaard met en tijdelijke hypothyreoïdie of hyperthyreoïdie. Bij de ziekte van Quervain ontstaat ook wel een tijdelijke hypothyreoïdie.Subklinische hypothyreoïdie
Aan hypothyreoïdie gaat vaak een stadium vooraf. In dat stadium maakt de schildklier al minder hormoon. De hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed is nog binnen de normale waarden. Wel is de TSH-waarde al iets verhoogd. De combinatie van een normale FT4-waarde met een verhoogde TSH-waarde noem je subklinische hypothyreoïdie. De term subklinisch zegt dat de patiënt geen klachten heeft. In de praktijk klopt die naam niet. Een betere naam is milde hypothyroïdie, zeker als iemand wel klachten heeft.Aangeboren hypothyreoïdie
Wanneer de schildklier van een pasgeborene geen of te weinig hormoon maakt, heet dit congenitale hypothyreoïdie. Afgekort is dat CHT.Er zijn twee vormen:
- de schildklier ontbreekt of is slecht ontwikkeld
- de schildklier is aanwezig en volgroeid, maar maakt niet tot nauwelijks schildklierhormoon
Hielprik
In Nederland is de hielprik. Hiermee wordt bloed afgenomen bij een pasgeboren baby. In het afgenomen bloed wordt het T4-gehalte onderzocht. Als dat te laag is, wordt ook de TSH-waarde bepaald. Bij een afwijkende uitslag wordt de baby verwezen naar een kinderarts of endocrinoloog. Hoe eerder de behandeling begint met schildklierhormoon, hoe beter.Centrale hypothyreoïdie
Heel af en toe is de schildklier niet de oorzaak van hypothyreoïdie. Het kan zijn dat de hypofyse of de hypothalamus de oorzaak is. De hypofyse maakt dan te weinig TSH (= schildklier stimulerend hormoon). Als de oorzaak in de hypofyse ligt, noem je het secundaire hypothyreoïdie. Is de hypothalamus het probleem, dan heet het tertiaire hypothyreoïdie.De oorzaak kan zijn:
- een adenoom (= goedaardig gezwelletje)
- ernstig bloedverlies na een bevalling zijn (Sheehan-syndroom)
- congenitaal hypopituïtarisme (CHP), dat is een aangeboren stoornis. Hypopituïtarisme is afgeleid van de Engelse term voor hypofyse: pituitary.
Reacties
Een reactie posten