Stoppen met medicijnen bij de behandeling van de ziekte van Graves

Als je schildklier te veel hormoon maakt kan gekozen worden voor een behandeling met medicijnen. Je noemt deze medicijnen wel schildklierremmers. Ze zorgen dat de schildklier minder tot geen schildklierhormoon maakt. Meestal schrijft de arts thiamazol of methimazol ( = Strumazol®) voor. De arts kan ook carbimazol (Basolest®) of propylthiouracil (PTU) voorschrijven.

Er zijn twee manieren van aanpak:
  • Block en replace-therapie
    Bij deze therapie wordt de schildklier volledig geremd (= geblokkeerd). Levothyroxine wordt toegevoegd (= substitutie) omdat door die blokkering een tekort ontstaat aan schildklierhormoon.
  • Titratietherapie
    Bij deze therapie schrijft de arts alleen een schildklierremmend medicijn voor. De patiënt slikt precies zoveel schildklierremmer dat de schildklier genoeg schildklierhormoon maakt.

Duur van de behandeling

De behandeling duurt 1 à 1½ jaar. Hierna is de ziekte bij minder dan de helft van de patiënten genezen. Bij een deel van de Gravespatiënten verloopt de ziekte mild en duurt hij kort. In feite overbrugt de therapie deze periode. In de praktijk blijkt dat bij ongeveer 50-70% van de Gravespatiënten de hyperthyreoïdie weer terugkeert.



Stoppen met medicijnen

Vanzelfsprekend is dat een spannende tijd als je bij de behandeling van de ziekte van Graves met medicijnen moet stoppen. Wat gaat je schildklier doen? Gaat hij weer goed werken? Gaat hij weer te veel hormoon maken? Kies je voor nog een behandeling met medicijnen? Of wordt het een behandeling met radioactief jodium of een operatie?


Reacties